What’s in a name

ragout“Voor jou!” Op tafel, voor mijn neus beland een bakje met kant en klare wildpoulet en een pannetje bouillon. De folie wordt van een schaal biefstukjes getrokken, reeds gekruid en gebraden. Mijn maag draait zich om bij het zien van al dat lekkers en vooral het ruiken van de knoflook… Ik ben namelijk zwak, ziek en misselijk. De taart had ik al afgeslagen en nu dit. Het wild, een overblijfsel van het wildbeheer in natuurgebieden in Nederland was aangeboden aan Bart Jan die zich met FoodRescue bezig houdt en zijn omgeving er in mee laat delen. Nou hij Rescuet maar, op dit moment laat ik de biefstukjes aan mij voorbij gaan. Naast beroerd ben ik ook nog eens aardig, we moeten tenslotte toch nog eten vandaag, en ik neem de poulet en bouillon mee.

“Oh ja, wat moet ik er eigenlijk mee?” vraag ik voordat we in de auto stapten.
“Ach, simpel, je snijdt veel champignons, deze bak je, je doet er bloem bij en als de bloem loslaat doe je er boullion bij, poulet erbij gooien en klaar is het”.
Juustem, hoewel ik veel leer over koken van verschillende gerechten hou ik er voorlopig nog van om eerst nog even volgens recept te koken. Afgemeten en afgepast niets verkeerd doen. Als het niet smaakt kan ik de bedenker van het recept de schuld geven en tegen man en kinderen zeggen dat gewoon het een stom recept is.

“En wat als het verkeerd gaat?”
“Dan is er nog niets aan de hand: als het te dun is noem je het soep, is het te dik dan maak je er kroketten van en is het precies goed dan noem je het ragout. En mochten jullie thuis geen ragout lusten dan noem je het een wildstoofpot”

Mooi, dat is meer mijn stijl. Niet voor niets eten wij hier thuis al jaren macanasi. Al ontstaan in de begintijd van ons samenwonen. Ik had rijst, nasigroenten, sate, kroepoek, gehakt en macaronikruiden gekocht. Geen idee wat mij bezielde in de winkel, waarschijnlijk hinkte ik op twee gedachten. De rijst was al gekookt, het gehakt gebraden en de groenten meegebakken toen ik mijn vergissing ontdekte. Ik weet niet meer zo zeker of Hans er vol overtuiging intrapte toen ik stralend en vol overtuiging verkondigde dat we macanasi gingen eten. Ik riep er nog achteraan dat het een nieuw gerecht was, fusion ofzo.

Gehakt in de nasi, ergens had het in mijn gedachten gevestigd dat dat erbij hoorde en het sloop erin. Dat drong pas weer tot mij door toen ik laatst voor vrienden nasi maakte, verbaasde gezichten zag en tijdens het eten hoorde mompelen: “Goh ja, valt eigenlijk wel mee, gehakt in de nasi”.

It’s in the name: wanneer je het pakje niet goed leest en 2,5 liter water bij de macaroni doet in plaats van 250ml, dan noem je het macaronisoep. Wanneer je een bonenschotel te scherp kruidt, dan noem je het mexicaanse bonen. Wanneer je een tosti te alledaags vindt, dan eet je een croque monsieur. Mijn kinderen eten heel graag preischotel maar houden niet van prei. Vis, ongeacht welke soort, heet hier thuis koolvis. Gijs houdt alleen maar van koolvis. Wij eten nooit stamppot andijvie, wel stimpestamp of foeksandievie, dat klinkt nou eenmaal veel gezelliger.

Verder gaan we maar niet. Ik lees in bladen over verschillende manieren om je kinderen aan het eten te krijgen. Onderzoek wijst uit (zegt men) dat kinderen liever X-ray eten dan wortels. Spongebobjes gaan sneller op dan doodgewone sperzieboontjes, patatoeheads zijn veel lekkerder dan aardappelen. Ik zie mijn kinderen later al zitten in het restaurant: “wat wilt u eten?” “Nou doe mij maar een kabouterhuisjessoep vooraf, als hoofdgerecht een spidersteak met patatoeheads en groengemutste slanke dennetjes. Als toetje wil ik graag een turtlecake met een toefje sneeuwwitje.” Ben benieuwd wat ze op hun bord krijgen. Wij laten het dus maar bij foeksandievie.

Ach, It is all in the game name.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *